Online gift

MS en zwangerschap: het kan!

Deze nieuwsbrief gaat voornamelijk over het omgaan met zwangerschap, borstvoeding en het post partum bij vrouwen met MS. De aandoening komt immers 3 keer vaker voor bij vrouwen dan bij mannen en begint over het algemeen tussen 25 en 35 jaar, m.a.w. tijdens de vruchtbare levensfase. De diagnose heeft dan ook zeer vaak gevolgen voor de gezinsplanning en stelt de betrokkenen voor heel wat vragen.

Een belangrijke vraag is of de basisbehandeling al dan niet moet worden stopgezet tijdens de zwangerschap en het post partum. Dit hangt sterk af van de gebruikte medicatie, die in sommige gevallen verder kan worden genomen tijdens de zwangerschap en borstvoeding, en in andere gevallen nog voor de conceptie of bij een positieve zwangerschapstest al moet worden stopgezet. Het gebeurt ook dat de medicatie tijdens de zwangerschap wordt onderbroken en na de bevalling opnieuw moet worden opgestart om opstoten tijdens het post partum te voorkomen. Deze complexe problematiek wordt beschreven door prof. Brigitte Capron, samen met de voor- en nadelen van alle geneesmiddelen die momenteel bij MS worden gebruikt.

Geruststellend is dat een zwangerschap de evolutie van MS op lange termijn niet negatief beïnvloedt, zoals blijkt uit het artikel van dr. Barbara Willekens. Er is geen aanzienlijke verergering of snellere progressie van MS bij vrouwen die vóór of na het begin van de ziekte zwanger zijn geweest.

In de overgrote meerderheid van de gevallen is er dus geen neurologische contra-indicatie voor zwangerschap bij MS.

Een opmerkelijke Amerikaanse studie heeft de verhouding zwangere vrouwen met en zonder MS geanalyseerd tussen 2006 en 2015. Het is bemoedigend om te zien dat deze verhouding steeg van 7,91% naar 9,47% bij vrouwen met MS, en daalde van 8,83% naar 7,75% bij vrouwen die de ziekte niet hadden. Dankzij hun wilskracht om een normaal leven te leiden en een gezin te stichten, en de opmerkelijke veerkracht die zij aan de dag leggen, slaagden de MS-patiënten er vaker in om een zwangerschap te volbrengen ten opzichte van de controlegroep. Dit wijst er ook op dat onze geneesmiddelen doeltreffender zijn geworden op het vlak van handicap en autonomie.

Prof. Dr. Christian Sindic

De referenties van alle vermelde studies in deze nieuwsbrief zijn op aanvraag verkrijgbaar bij de Charcot Stichting: info@charcot-stichting.org
© Fondation Charcot Stichting - 2023